Het armoederisico blijft bijzonder hoog in België. FOD Sociale Zekerheid maakte resultaten bekend over de uitgaven en financiering van de sociale bescherming in België. Directeur Ive Marx van het Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck, ziet mogelijkheden voor verandering.
Hoe haalbaar schat u de 2030-doelstelling om het aantal personen dat risico loopt op armoede of sociale uitsluiting tussen 2019 en 2030 te verminderen met 279 000?
Op de vraag of die doelstelling doenbaar is, blijft het antwoord ‘ja’. Het antwoord is daarentegen ‘nee’ op de vraag of de politieke constellatie zodanig is dat men die doelstelling kan behalen.
Er verandert zeer weinig in de Belgische context als het gaat over hervormingen op de arbeidsmarkt. Zo kwam er een zogenaamde arbeidsdeal tot stand in de regering die eerder homeopathische ingrepen inhoudt. In de sociale zekerheid is ook zeer weinig gewijzigd. Over werkloosheid ten slotte is helemaal niks veranderd. Zo valt er nog een hele tijd door te gaan.
Die vermindering met 279 000 personen zie ik nog niet direct gebeuren.
Hoe kan de overheid de armoede laten dalen?
Om armoede significant te verminderen, moeten er belangrijke stijgingen van lonen en uitkeringen gebeuren, zowel op de arbeidsmarkt als in de sociale zekerheid en de verdeling van publieke middelen. Dat gaat niet gebeuren.
Er is een belangrijke afname geweest van de armoede maar dat heeft meer te maken met covid. Tijdens de pandemie is er heel veel geld herverdeeld. Er ging veel geld naar de gezinnen om inkomens te stabiliseren. Dat heeft een heel belangrijke impact gehad op armoede.
Zorgde enkel de coronapandemie voor een daling in het cijfer?
Het ligt zeker niet alleen aan de pandemie. Armoede berekent men met een relatieve berekening. Men kijkt hoeveel mensen er onder 60 procent van het mediaan inkomen vallen. Die mediaan stijgt in normale jaren vrijwel altijd: de economie groeit, mensen hebben hogere lonen, enzovoort. Als die niet stijgt, betekent dat dat de mensen die van uitkeringen leven én geen werk hebben, achter blijven ten opzichte van de groep die dat wel heeft.
Tijdens de pandemie was het een uitzonderlijke periode omdat de gemiddelde of de mediaanlever van de Belgen relatief constant was. Omdat er zo sterk herverdeeld is – denk aan de tijdelijke werkloosheid, maatregelen voor zelfstandigen – is er een inhaalbeweging gebeurd aan twee kanten. Enerzijds bij de mensen die een hogere uitkering kregen, anderzijds bij de mediaanlevers.
Welke andere mogelijkheden ziet u om dat cijfer te doen dalen?
Als men genoeg arbeid beschikbaar stelt en als men meer mensen aan het werk krijgt door hervormingen op de arbeidsmarkt, zit er schot in de zaak. Er zijn veel mogelijkheden om armoede te verminderen maar dat vraagt om een grote systeemshift, zowel op de arbeidsmarkt als op sociale zekerheid. De Belgische regering zit momenteel in een impasse. Het cijfer zal dus wellicht niet dalen.