Amsterdam staat bekend als een bruisende kunststad, dankzij de overvloed aan musea, galerijen en cultuurhuizen die de stad rijk is. Jaarlijks trekken deze musea maar liefst 12 miljoen bezoekers, waarbij het Rijksmuseum op het einde van de Nieuwe Spiegelstraat een van de grootste publiekstrekkers is. Deze straat fungeert als de verbindingsweg tussen het centrum en het Museumplein, de galerijen varen mee met het succes van de nabijgelegen musea.
Ondanks het aanhoudende succes van de musea, kampen de galerijen in de Nieuwe Spiegelstraat elk jaar met dalende verkoopcijfers. Volgens enkele eigenaren van deze galerijen is een van de oorzaken dat toeristen voornamelijk binnenkomen om rond te kijken, niet om daadwerkelijk kunst te kopen. Daarnaast vormt de opkomst van de online kunstmarkt een steeds grotere concurrentie voor de fysieke galerijen. “Slechts een decennium geleden stond de Nieuwe Spiegelstraat bekend als dé kunststraat bij uitstek, met talloze galerijen, cultuurhuizen, antiekwinkels en veilinghuizen”. Dat vertelde Thijs Van Haaren, de eigenaar van de Rensen art gallery. Echter, in de tussentijd zijn de meeste van deze zaken gesloten of hebben ze de overstap gemaakt naar een webshop om te kunnen blijven concurreren in de moderne kunstmarkt.
De kunstraat van Amsterdam houdt nog maar 12 galerijen over
Op een steenworp van het Rijksmuseum vind je de Nieuwe Spiegelstraat, een straat vol galerijen en antiekzaken. Thijs van Haaren werkt in Renssen Art Gallery : “ Vroeger was dit ‘de kunststraat’ maar het aantal galerijen is sterk afgenomen.”
Ook Marcel Huisman van Villa del Arte galeries merkt het verdwijnen van de galerijen in het Spiegelkwartier op, “Vroeger had je hier heel veel galerijen en antiekshops, dat is allemaal wat minder geworden.” Als je van het rijksmuseum naar het centrum wandelt bots je op de Nieuwe Spiegelstraat, zo vinden veel toeristen hun weg.
In 2023 bezochten 2.7 miljoen mensen het Rijksmuseum. De galerij-eigenaars merken een verschil van de kwaliteit van de klant op. Wanneer er een expositie plaatsvindt in het Rijksmuseum komen er meer ‘kwaliteitsklanten’, zoals nu ook het geval is met de tentoonstelling van Frans Hals. Al verliezen de galerijen wel cliënteel aangezien er veel meer online wordt gekocht. Het aanbod is echter online veel groter dan in de galerij waar maar enkele werken op hetzelfde moment tentoongesteld kunnen worden.
Niet alleen de concurrentie met online maar ook het toerisme heeft een negatieve invloed op de verkoop bij de galerijen en antiekwinkels. Niet alle toeristen komen naar Amsterdam voor de kunst en al zeker niet om kunst aan te kopen. Ze struinen de winkels binnen maar kopen, dat doen ze niet.
Aline Feringa, Ella Suyckerbuck, Manu Cleemput, Joppe Mendonck en Rafael Kroonenburg
