Uitgeverij HarperCollins werkt samen met Microsoft aan een AI-model, dat meldt het financiële persagentschap Bloomberg. De uitgeverij vraagt toestemming aan haar auteurs om het model te trainen met hun werken. Maar hoe zit het met de auteursrechten en waarom zijn auteurs boos?
Op de app Bluesky postte de Amerikaanse schrijver Daniel Kibblesmith schermafbeeldingen uit een e-mail van HarperCollins. De schrijver krijgt een aanbod van 2.500 dollar om een AI-model drie jaar lang te trainen met zijn boek “Santa’s husband”. Het financiële persagentschap Bloomberg meent dat de uitgeverij samenwerkt met Microsoft om dit model te realiseren.
AI trainen
Artificiële intelligentie kan op drie manieren leren uit data: ‘supervised machine learning‘, ‘unsupervised machine learning‘ en ‘reinforcement learning‘. Bij supervised machine learning leert de AI met begeleiding. Je geeft labels aan de data, bijvoorbeeld door foto’s van appels te tonen en te vertellen dat het appels zijn. Zo leert de AI de kenmerken van appels en kan het ze later zelf herkennen. Bij unsupervised machine learning leert de artificiële intelligentie zonder begeleiding, door niet-gelabelde data te gebruiken. Bij reinforcement learning probeert de AI iets te doen en krijgt het een beloning als het slaagt.
Auteursrecht
Er bestaan verschillende rechten voor de bescherming van kunst. Olivier Maeterlinck, woordvoerder bij de Belgische auteursvennootschap Sabam, legt de volgende rechten uit: “Het auteursrecht beschermt de makers en hun originele creaties zoals kunstwerken en gewone teksten. De maker bepaalt hoe het werk gebruikt wordt en kan daarvoor geld vragen of regels stellen. Naburige rechten beschermen de prestaties van muzikanten, producenten of acteurs.”
AI en auteursrecht
Door de diversiteit aan datasets die AI gebruiken, ontstaan er conflicten. De datasets bevatten onder andere auteursrechtelijk beschermde werken. Maeterlinck ziet de volgende problemen: “Het probleem is dat artificiële intelligentie niet duidelijk is over de data die het gebruikt en dus geen toestemming vraagt aan auteurs. AI traint zichzelf met online gevonden werken, maar beweert geen toestemming nodig te hebben vanwege een uitzondering op het auteursrecht. Het beweert aan ‘tekst- en datamining’ te doen: data verzamelen en gebruiken. Makers vinden dat die toestemming wel nodig is.”
Volgens Paul Hermans, directeur van Literatuur Vlaanderen, is het gebruik van AI een genuanceerd verhaal. Artificiële intelligentie mag niet zomaar auteursrechtelijk beschermde teksten gebruiken zonder toestemming: “Hoewel AI ongekende mogelijkheden biedt, roept het ook belangrijke juridische vragen op, onder andere over auteursrechten. De Vlaamse Auteursvereniging volgt de zaak op de voet. Auteursrechterlijk beschermde teksten gebruiken zonder toestemming, laat dat duidelijk zijn: dit kan niet.”
In Europa is er een eerste stap gezet met een wetgeving over AI en auteursrechten. “Er is al een wetgeving, de AI Act van de Europese Unie. Die is sinds 1 augustus 2024 van kracht. Dit juridisch kader wil het gebruik van AI in heel Europa reguleren. Het doel is om een balans te vinden tussen het gebruik van AI-systemen en auteurs beschermen. Auteurs kunnen bijvoorbeeld eisen dat hun werk niet voor tekst- en datamining of generative AI wordt gebruikt, maar de uitvoering is nog in ontwikkeling. Er zijn nog veel onopgeloste kwesties”, aldus Hermans.