Naam: Marcia Bwarody
Leeftijd: 27
Specialisatie: radio,
Jaar van afstuderen: 2012
Job: presentator bij Q-Music
“In 2012 heb ik meegedaan aan de Q-Academy, een leertraject van Q-Music om nieuw talent te vinden. Ik luisterde toen veel naar Bart-Jan de Praetere en Karl Schmitz, die verzorgden de namiddaguren op Q. Ik heb altijd al gevoeld dat ik, net als zij, office dj wil zijn. Ik wil die persoon zijn die je door de werkuren loodst als het even moeilijker gaat. Met veel muziek, af en toe een lach en een zwanske.
Vorig jaar heb ik dat effectief gedaan. Na een week wist ik: ‘hier zit ik echt op m’n plek, dit is wat ik wil doen. Zalig!’ Ik vertrok met een glimlach naar mijn werk. Het voelde als een uit de hand gelopen hobby waar je dan toevallig voor betaald wordt.”
Cornflakes
“In het begin presenteerde ik elke werkdag van 4 uur tot 6 uur ‘s ochtends. Dat was een goede leerschool, daar maak je je eerste vlieguren. Je staat er helemaal alleen voor, en er luistert “maar” 80 000 man. Dat was spannend, maar op persoonlijk vlak erg zwaar. Ik sliep overdag en stond om 18 uur op. Dan wil je niet met je vrienden op café, dan wil je cornflakes eten in je pyjama! Dus ik liep mijn lief en al mijn sociale contacten mis. Nu met The BSMNT is het nog steeds druk, ik kom laat thuis en moet vroeg op. Maar in de zomer wordt het weer rustiger. Dan kan ik het nieuws van 19 uur nog eens kijken, hoera!”
Klik
“Het intrigeert me om mensen te boeien enkel met geluid. Bewegend beeld trekt sowieso je aandacht, bij radio moet je de mensen echt naar je toe trekken met je stem en je muziek. In een radiostudio voel ik mij thuis. Ik zou het hier nu zelfs knus noemen.
Toen ik begon, was dat wel even anders. De eerste keren ben je je er heel bewust van dat je voor 400 000 luisteraars spreekt. Maar na een tijdje maak je een klik in je hoofd: ‘het is gewoon de luisteraar en ik.’”
Geloof
“Als ik één grote tip mag geven: wees zelfzeker. Ik was dat niet in het begin. Dat heeft mij op veel vlakken geremd. Constant moest ik mezelf moed inspreken. Zelfvertrouwen is belangrijk, zeker als je afgewezen wordt. Ik heb vrij veel geluk gehad met mijn traject. Maar als je niet meteen je droomjob in de schoot geworpen krijgt, mag je niet opgeven. Je moet je sterktes en je zwaktes kennen, en blijven doorzetten.
Het is nu eenmaal een harde wereld, de ene dag ben je in, de volgende dag ben je uit. Maar als je gelooft in je eigen kwaliteiten en niet opgeeft, kom je uiteindelijk goed terecht. Als je gemotiveerd bent en bereid om hard te werken. Klinkt cliché, maar zo heb ik het ervaren.”