In de Challenger Pro League (1B) zit de eerste speelronde er bijna op en nergens in Europa is de titelstrijd zó spannend. De kloof tussen de eerste en de zesde plek bedraagt 3 schamele punten. Voetbalcommentator en 1B-watcher Jeroen Roppe ziet alvast een topfavoriet.
“Voor mij was bij aanvang van dit seizoen meteen duidelijk dat RWD Molenbeek de te kloppen ploeg is. Ze namen een aarzelende start, maar staan nu op een mooie derde plek. Ik vermoed dat zij in de loop van de competitie makkelijk afstand zullen nemen van de rest. Enfin, je weet natuurlijk nooit wat er gebeurt met de wintertransferperiode en hoe andere clubs zich daarin zullen versterken. Maar los daarvan is het momenteel gewoon de beste ploeg uit de reeks. Ik heb ze afgelopen weekend nog zien spelen in de topper tegen Beveren en die wedstrijd bevestigde mijn vermoedens dat RWDM de grote favoriet is om te promoveren naar 1A.
Ik zie Beveren trouwens als belangrijkste uitdager, eventueel ook Beerschot. Paars-wit kan ik echter moeilijk inschatten. Ik dacht dat het voor hen een overgangsseizoen zou worden, maar nu blijkt toch dat ze zich versterkt hebben met een nieuwe Griek achteraan. De nieuwe IJslandse spits Thorisson lijkt ook mee te vallen. Verder wist ook Lierse mij al te verrassen met hun prestaties.”
Lierse staat momenteel zelfs op kop. Hoe verrassend vindt u het dat zij zo goed presteren na een rampseizoen vorig jaar?
“Mij verrast dat niet, want ze hebben heel verstandig getransfereerd. Lierse heeft de politiek van heel Belgisch aan te kopen en dat werpt zijn vruchten af. Je merkt dat de groepsgeest goed zit en er lopen wel wat spelers bij met revanchegevoelens. Maar ook puur kwalitatief hebben de Pallieters vooruitgang geboekt. Leonardo Rocha is enorm bepalend, dat bewees hij al in het verleden. Als hij blessurevrij blijft, wordt hij van goudwaarde voor de club. Verder heeft flankaanvaller Serge Tabekou in de reeks al laten zien dat hij met zijn snelheid ongelooflijk bepalend kan zijn. Het is een kwestie van de goede vorm zo lang mogelijk vast te houden, maar ik vermoed dat Lierse nog een dip zal kennen. Op het einde van het seizoen staan ze niet meer op de eerste plek, denk ik.”
Met Club Next en de RSCA Futures staan er twee beloftenteams in de top 6. Hoe verklaart u dat zij het zo goed doen?
“Ten eerste zit er intrinsiek veel meer talent en kwaliteit bij de beloften van die topclubs dan bij de andere clubs in 1B. Maar het grote verschil is dat die jongeren nog te veel jeugdzonden begaan. Je merkt bijvoorbeeld aan het spel van de tegenstander dat ze wachten op het eerste foutje van een beloftenploeg en daar dan hun voordeel uit puren.
Daarnaast mogen die ploegen een ervaren speler inschakelen die ouder is dan 23 jaar en daar maken beide ploegen gretig gebruik van. Maar de belangrijkste reden voor de goede prestaties van de beloftenploegen is dat ze mogen putten uit de A-kernen. Antonia Nusa en Noah Mbamba van Club Brugge zijn daar een perfect voorbeeld van.
Bij Anderlecht zie je dat ook met Moussa N’Diaye, die ooit op Barcelona-niveau speelde. Dat zijn lessen die bij de Pro League getrokken werden uit de eerste ervaring met Club NXT twee seizoenen geleden. Zij hadden toen gewoon een té jonge ploeg om te wedijveren met de andere teams uit 1B. De jonge Bruggelingen spelen in de Youth League ook op internationaal niveau, waar ze uiteraard veel ervaring opdoen. Bij de RSCA Futures ligt dat anders. Zij rekenen op automatismen, omdat die ploeg al van bij de U13 of U14 samenspeelt.”
Ik merk dat het niveau bij de kelderclubs in 1A toch iets hoger ligt dan bij de topclubs in 1B
De Challenger Pro League heeft weinig aanzien ten opzichte van 1A. Welke spelers maken de competitie volgens u toch nog aantrekkelijk?
“Dat zijn er wel wat. Leonardo Rocha (Lierse) haalde ik eerder al aan. Virton trok in het begin van het seizoen Souleymane Anne aan, echt een heel goede spits. Bij RWDM denk ik dan direct aan iemand als Youssef Challouk, een speler van 1A-niveau. Trouwens, die Brazilianen op het middenveld weten mij ook wel te bekoren. Het hoeft niet te verbazen dat er bij de beloftenploegen enkele pareltjes rondlopen. Ik denk dan aan Sabbe (Club NXT), Butera (Futures), Ziani (Standard) en Godts (Genk). Dat zijn spelers waar veel potentieel in zit en die mooie dingen laten zien.”
Hoe schat u het verschil in tussen de kelderclubs in 1A en de betere clubs in 1B?
“Dit seizoen heb ik voor Eleven Sports een paar wedstrijden van Zulte Waregem en Oostende becommentarieerd en het tempo ligt daar toch nog iets hoger. Ik heb vorig seizoen vooral mijn ogen opengetrokken bij de barragewedstrijden tussen RWDM en Seraing. Voor mij was het meteen duidelijk dat de Molenbekenaars over hun rivalen uit Luik zouden walsen, maar dat is absoluut niet gebeurd. In tegendeel, dat niveauverschil was echt stuitend. Daar heb ik dus flink ongelijk gekregen.
Maar eigenlijk heb je dit seizoen niet echt een ploeg die, zoals Union of Westerlo in het verleden, er echt bovenuit steekt. Die draaien ondertussen wel moeiteloos mee in 1A. Dat zie ik op termijn ook gebeuren met het huidige RWDM. Ik ben trouwens echt benieuwd naar het bekerduel tussen RWDM en KV Kortrijk. Het zou mij verwonderen mocht het verschil in klasse die wedstrijd merkbaar zijn, want Kortrijk heeft natuurlijk andere zorgen dan de Beker van België.”